Ata: "Ik wil er alles aan doen om het goed te maken."
Al tijdens zijn gevangenisstraf wilde Ata excuses maken tegenover de slachtoffers van de brand die hij stichtte in een asielzoekerscentrum. Nadat hij vrijkwam, meldde een reclasseringswerker hem aan bij Perspectief Herstelbemiddeling. Wat volgde was een bijzonder slachtoffer - dader gesprek.
“Toen ik vastzat in de gevangenis dacht ik: ik kan misschien het slachtoffer vertellen dat het mij spijt. Ik kon mij voorstellen hoe het slachtoffer zich voelde en ik wilde het graag goedmaken.”
“Op het moment van de gebeurtenis had ik geen controle over mezelf. Ik was onder invloed van alcohol en mijn hersenen functioneerden niet meer. Pas dagen later drong het tot mij door wat er gebeurd was en wat ik had gedaan. De situatie was op dat moment zo hard en zwaar, dat de enige oplossing voor mij op dat moment alcohol was.”
Spijt
“Toen ik vast zat, wilde ik meteen mijn spijt betuigen aan de betrokkenen. Ik had op dat moment ook om contact kunnen vragen. Maar dat deed ik niet omdat ik niet de indruk wilde wekken dat ik het om strafvermindering zou doen. Ik wilde niet dat het de rechtszaak zou beïnvloeden.”
Nadat Ata vrijkwam en bij de reclassering kwam was voor reclasseringswerker Gerhard Hoekerd van Reclassering Nederland het signaal van Ata heel concreet: hij had spijt, wilde dat de slachtoffers laten weten en wilde ook iets terug doen voor de maatschappij. Gerhard: “In het eerste gesprek dat ik met hem had zei Ata: Ik wil er alles aan doen om het goed te maken. Schaamte speelde ook mee.”
Vervolgens meldde Gerhard Ata aan bij Perspectief. Bemiddelaar Francis nam contact met Gerhard op, daarna volgde een gesprek met Ata zelf. Zo besprak ze met Ata aan wie hij zijn excuses wilde aanbieden en wat zijn verwachtingen waren. Dit om eventuele teleurstellingen te voorkomen. Francis heeft daarna een aantal brieven gestuurd naar de betrokkenen van het incident. Een aantal wezen het verzoek af, zij hadden geen behoefte aan contact. Francis heeft hen daarna ook nog gebeld om na te vragen wat hun motieven waren om ‘nee’ te zeggen. Deze motieven koppelde ze daarna ook weer terug aan Ata.
Eén slachtoffer, een medewerker van het AZC, gaf aan in gesprek met Ata te willen.
Voordat het gesprek plaatsvindt, bereidt Francis het contact zorgvuldig met beide partijen voor. Zo bespreekt ze waar het gesprek plaatsvindt, wie komt mee als ondersteuning, geven we elkaar een hand en zo meer.
Het gesprek
Ata: “Met stress en angst ging ik naar het gesprek toe. Ik was bang dat het slachtoffer mij niet zou begrijpen en het niet goed overkwam wat ik duidelijk wilde maken. Tegelijkertijd was ik hoopvol dat zij mijn excuses zou accepteren omdat ik het vanuit mijn hart deed.”
“Tijdens het gesprek werd mij duidelijk dat zíj zich schuldig voelde, omdat ze dacht dat ze signalen gemist had bij mij. Het was niet haar schuld! Het was mijn fout om alcohol te gaan gebruiken. Dat probeerde ik haar over te brengen.”
“Ze zei: ‘Bedankt dat je mij gerust hebt gesteld dat ik niets verkeerd gedaan heb’. Daarmee werd het me duidelijk dat het me gelukt was mijn boodschap over te brengen. Ze hoefde geen gewetensbezwaar meer te hebben dat zij verkeerd zou hebben gehandeld.”
Konden we de tijd maar terugdraaien
“Het probleem dat ik heb veroorzaakt was natuurlijk veel groter. Zij was niet de enige, maar heeft wel de ergste klap van de gevolgen gehad. Ik kan de tijd niet terugdraaien, maar door mijn gedrag kan ik verantwoordelijkheid nemen voor mijn daad.”
Gerhard: “Ata kon zich niet meer alles herinneren rondom zijn daad, maar hij nam voor alles wat het slachtoffer zei, zijn verantwoordelijkheid. Zij heeft de antwoorden gekregen op de vragen die ze had.”
Op het einde heeft Ata het slachtoffer een cadeau overhandigd. In de stad waar hij woont staat in het centrum een toren met een klok. Deze toren staat op een cadeauverpakking van een fles wijn. Hiermee wilde hij zeggen: Ik kan de tijd niet terugdraaien, maar hiermee wilde ik het goed maken. Waarop het slachtoffer zei: ‘Konden we de tijd maar terugdraaien.’
Ata: “Na het gesprek ging ik naar huis zonder stress en angst, alleen met blijdschap. Als Perspectief niet had bestaan was het me nooit gelukt om sorry te zeggen tegen de slachtoffers. Dan was altijd de angst gebleven van: wat denken ze van me, hebben ze negatieve gevoelens over mij?”
Wat zou je professionals die werken met verdachten en daders willen meegeven?
“De situatie is natuurlijk voor iedereen anders. Sommige daders zullen te ijdel zijn en nooit willen toegeven dat ze fout waren. Anderen zullen na hun gevangenisstraf denken; ik heb mijn straf uitgezeten, waarom zou ik nog spijt betuigen.”
“Maar ze zouden moeten begrijpen wat het inhoudt om iets richting het slachtoffer te doen. Als je het niet doet, dan kun je je hele leven denken: zullen ze me haten, wat denken ze van me. Door spijt te betuigen kun je veel problemen oplossen. Degenen die bereid zijn om sorry te zeggen moeten gestimuleerd worden. Die moet je uitleggen wat je ermee kunt bereiken. En voor mij is dat je door 1 keer sorry te zeggen, je veel problemen kunt oplossen. En er soms zelfs vriendschappen door kunnen ontstaan.”