Daisy: ‘Ik wilde heel graag weten hoe het met de chauffeur ging’
Foto Raphaël Drent

Daisy: "Ik wilde heel graag weten hoe het met de chauffeur ging"

25-01-2024

Twee weken nadat zijn 15-jarige dochter voor de wielen van een vrachtwagen was gekomen wilde Francel wel in gesprek met de chauffeur. “Ik hoorde dat hij in de ziektewet zat. Toen heb ik voorgesteld om aan tafel te gaan zitten. Daar knappen we beiden van op.” 

Intensive care

Het was kantje boord met Daisy, ze lag geruime tijd op de intensive care en was al bijna opgegeven. Maar uiteindelijk herstelde ze verbazingwekkend goed. Haar korte termijn geheugen is nog niet optimaal, ze kan niet ruiken en is snel overprikkeld. Maar ze gaat weer naar school en heeft een baantje. “Ik kan alles”, zegt ze. “Ze heeft een engel op haar schouder gehad”, reageert moeder Mariëtte. 

Daisy kan zich niets van het ongeluk herinneren. Ze weet niet meer dat ze kort daarvoor haar zus Kayleigh nog aan de telefoon had, dat ze vervolgens met haar fiets de weg overstak, dat er een vrachtwagen aan kwam en dat ze op het laatste moment nog oogcontact met de chauffeur had.  

Ook van de periode in het ziekenhuis weet ze niets meer. Ze lag een maand op de intensive care. Pas van de tijd dat ze in een revalidatiecentrum zat weet ze weer dingen. Na drie maanden mocht ze naar huis. 

Kaartje

Toen het bericht kwam van Perspectief Herstelbemiddeling dat de chauffeur contact zocht, stond het gezin positief tegenover het voorstel tot bemiddeling. Francel: “Ik heb meteen gezegd: heel graag.”

Het ging inmiddels steeds beter met Daisy. “Ik wilde heel graag weten hoe het met hem ging”, zegt ze. “Ik had heel erg een schuldgevoel.” Ze bedacht alvast een kaartje te sturen. Ze vertelde daarin hoe het met haar ging en schreef: ‘ik vind het vervelend voor u dat het ongeluk is gebeurd. Veel sterkte.’

De chauffeur stuurde een kaartje terug met dat hij het waardeerde en nog veel aan het ongeluk moest denken. 

Uiteindelijk was er een ontmoeting op het kantoor van Slachtofferhulp. “Ik vond het fijn hem te zien”, zegt Daisy. “Nu had ik een beeld bij de chauffeur. Hij was een heel aardige man.”

Schuldgevoel

“We hebben elkaars verhaal aan kunnen horen”, vertelt Francel. Hij was geschokt te horen dat de man geen ondersteuning had gehad. Zijn gezin kreeg na het ongeluk alle hulp. Niet alleen voor Daisy. Zelf onderging Francel ook een behandeling om van nare beelden in het ziekenhuis af te komen. 

Francel verbaasde zich er ook over dat de chauffeur zo lang in het ongewisse was gelaten en wat hij had meegemaakt. “Na het ongeval werd hij meegenomen naar het politiebureau. En ons was verteld dat hij slachtofferhulp kreeg, maar dat bleek niet zo te zijn.”

De chauffeur kampte met een schuldgevoel, ook al kon hij er niks aan doen. Francel verwijt hem dan ook niets. “Het heet niet voor niks ‘een ongeluk’. Het is een ongeluk.” 

"Het is gebeurd"

Hij vertelt zijn verhaal in de hoop dat de politie beter gaat communiceren naar betrokkenen bij een ongeval en sneller verwijst naar Perspectief Herstelbemiddeling. Hij vond de bemiddeling in ieder geval fijn. “Goed dat er iemand is om het gesprek op gang te helpen.” Wat hem betreft was dat gesprek er al veel eerder geweest. 

Daisy neemt van school naar huis niet meer de route waar het ongeluk gebeurde. “Omdat je daar de weg over moet steken. Dat is niet zo slim.” Ze neemt een andere route. “Liever iets langer, dan weer een ongeluk.”

Het gezin heeft het leven weer opgepakt. “Het is gebeurd. Je doet er niet veel aan”, besluit het meisje. 

 

Tekst: Monique Bloeme 

Contact met de ander helpt!

Ook in contact met de ander na een (verkeers)ongeluk? 

Lees meer