ervaring bemiddeling na overval winkel
De foto en naam van Evi zijn gefingeerd.

Evi wilde haar overvaller in de ogen kijken

19-02-2022

In eerste instantie wilde Evi* geen energie meer besteden aan de overval op de drogisterij waar zij al jarenlang bedrijfsleider is. Maar haar moederhart ging opspelen. Ook voor zichzelf is ze blij dat ze met bemiddeling via Perspectief Herstelbemiddeling heeft ingestemd: “Het heeft de scherpe kantjes van de gebeurtenis afgehaald. In mijn hoofd is de dader niet langer een grote boeman, maar een kind dat een fout heeft begaan.”

Impact van overval

“Net voor sluitingstijd hoorde ik voetstappen achter me. Toen ik me omdraaide om de klant te begroeten, keek ik recht in de loop van een pistool. Ik riep ‘Help’, kreeg kort een black-out, werd meegesleurd naar achteren en zag daar pas dat mijn collega onder bedreiging van een mes door een andere overvaller naar het magazijn werd meegenomen. Ook het zeskoppige, externe team dat achter in de winkel de balans aan het tellen was, moest mee. Ik dacht alleen maar: meewerken, alarmeren, observeren, zodat ik straks mijn kinderen in de armen kan sluiten. In een onbewaakt ogenblik kon ik de alarmknop indrukken. Het waren de langste zeven minuten van m’n leven. Het wachten was op het moment dat de kluis openging. In de tussentijd sloeg de jongen met z’n pistool op spullen in het magazijn. We werden gedwongen op onze hurken te zitten met de handen op het achterhoofd. Toen de daders doorkregen dat het pand omsingeld was door politie, konden wij wegkomen. Ik trilde als een rietje.”

“De dagen erna voelde ik me wazig. We hebben het overleefd, dacht ik alleen maar. Mijn baas toonde zich heel bezorgd en betrokken. Ik mocht thuisblijven zo lang als ik wilde, maar na vier dagen ben ik weer begonnen. Anders durf ik niet meer, wist ik. Ditzelfde gold ook voor mijn collega. Klanten stonden huilend voor de deur, brachten bloemen, planten en bonbons langs. Ook de directie reageerde warm, er kwam voortdurend iemand langs om te kijken, totdat we zeiden: ‘Nu is het goed geweest, we willen verder’. Dat de daders het niet op ons persoonlijk gemunt hadden, was een gedachte die ook hielp. Het bleek bovendien helemaal niet om grote, volwassen mannen te gaan, maar om domme, jonge jongens van 15 en 16 jaar, die dachten een zak geld mee naar huis te kunnen nemen. Het pistool was nep. Al deze zaken hebben ons geholpen weer vooruit te komen.”

Waarom bemiddeling?

“Zo’n drie maanden na de overval kreeg ik een brief van Perspectief-bemiddelaar Désirée. Ze polste mijn collega en mij over de mogelijkheid van contact met de dader, hij wilde ons een brief schrijven. Een ontmoeting durfde hij niet aan. Ook vertelde ze in de telefoongesprekken die volgden wat er sindsdien met hem was gebeurd. Moeten we hier nog tijd en moeite in steken?, dachten we eerst. Maar naarmate ik meer van Désirée hoorde, ging mijn moederhart meer opspelen. Hij was nog maar een kind, een kind met spijt. Een kind dat het moeilijk had in de gevangenis en zich letterlijk de haren uit zijn hoofd trok. Ook was zijn familie heel verdrietig om wat hij had gedaan. De brief zelf deed me niet veel, deze was kinderlijk geschreven en ik vroeg me af of het hem toch niet alleen om strafvermindering te doen was."

"Ik hoopte dat ik kon bijdragen aan een beter leven voor hem"



 

“Mijn collega had meer tijd nodig, zij was vooral boos, maar uiteindelijk zeiden we tegen elkaar: ‘Misschien kunnen we zo bijdragen aan een beter leven voor hem en laten we het ook doen voor onze eigen verwerking.’ Want elke keer als er donkere mannen met zwarte capuchons in de winkel kwamen, of als ik in de beveiligingscamera door de zon slechts een silhouet kon ziet, klopte mijn hart in mijn keel. De jongen stemde in met de ontmoeting.”

De ontmoeting

“Désirée heeft het gesprek goed met ons voorbereid: ons doel was om hem in de ogen te kijken en te vertellen wat de impact van de overval op ons is geweest. Ze gaf ons tot het laatst toe de vrijheid om ervan af te zien. De jongen, zijn moeder, zus en reclasseringsmedewerker Linda zaten al in de ruimte klaar, toen Désirée ons kwam halen, ook precies zoals was afgesproken. Ik vond de entree superspannend, maar hij zag er zo anders uit dan ik hem had voorgesteld: het was een klein, kwetsbaar jongetje, het babyvet nog op zijn gezicht, met een doos tissues binnen handbereik. Dit was niet die grote, donkere boeman die ik ervan had gemaakt. De rollen waren dit keer omgedraaid, nu was ik het die aan de touwtjes trok en dit gaf me een geruststellend en voldaan gevoel. Hij durfde ons niet aan te kijken. Soms, als Désirée hem hiertoe uitnodigde, keek hij kort op. Hij huilde gedurende het hele gesprek.”

“Ik voelde boosheid toen ik mijn verhaal begon: ‘Wij zijn keiharde werkers’ zei ik hem. ‘We zetten ons enorm in voor het bedrijf en onze klanten en kunnen nu nooit meer met een gerust hart ons werk doen. Jij hebt dat voor ons verprutst. Je moeder had wel bij ons in de winkel kunnen staan op het moment van de overval’, zei ik. ‘Zoiets wil je jouw moeder toch niet aandoen?’ En: ‘Iedereen wil ’s avonds veilig thuiskomen. Ga iets van je leven maken en zorg dat jouw ouders trots op je kunnen zijn.’”

"Ik kreeg behoefte om hem in de ogen te kijken, zodat hij niet kon wegkijken van wat hij had gedaan.”



 

“Hij vertelde hortend en stotend over zichzelf, over de jongen die hem ertoe dwong. Over het werk dat hij in de toekomst wilde gaan doen. Ik kon de spijt zien in zijn ogen. Hij bleek een naïef, gevoelig jochie te zijn. Dit luchtte mij zo op. Ik kreeg steeds meer medelijden met hem. In een opwelling heb ik hem beetgepakt en gezegd: ‘Ik vergeef je, maar maak wat van je leven, want anders vergeef ik je niet.’ Daarna heb ik hem een knuffel gegeven. Zijn moeder vloog me vervolgens om de nek. ‘Sorry voor mijn zoon’, zei ze, en ‘dankuwel’.”

Het effect

“Het gesprek heeft mij een gevoel van opluchting gegeven, van blijdschap.  Het heeft de scherpe kantjes van de gebeurtenis afgehaald. In mijn hoofd is hij niet langer een boeman, maar een kind dat een fout heeft begaan en hiervan spijt heeft. Ditzelfde geldt voor mijn collega. Het voelt voor ons heel goed dat wij hebben kunnen bijdragen aan zijn verwerking en hiermee zijn toekomst. Het schijnt nu goed te gaan met hem, hij leert nu voor het vak dat hij wilde gaan uitoefenen.”

“Met Désirée hebben we telefonisch teruggeblikt op de ontmoeting. Haar begeleiding voelde prettig en professioneel. Ik ben blij dat we in gesprek zijn gebleven met haar en hierdoor met een ander gevoel kunnen terugkijken op de overval. In eerste instantie wilden wij die bewuste avond zo snel mogelijk vergeten en er geen energie meer aan besteden. Nu hebben we de overvaller en de overval toch recht in de ogen gekeken. Hadden we dit niet gedaan, dan was deze gebeurtenis blijven spelen in ons hoofd.”

*De naam van het slachtoffer is vanwege de privacy aangepast.